Berimbau
De Berimbau is het meest iconische instrument binnen capoeira. Tegenwoordig worden er vaak drie berimbaus gebruikt binnen de roda. De Gunga (de grootste kalebas, laagste toon), de Medio (middel grote) en de Viola (de kleinste kalebas). De Gunga is altijd het leidende instrument van de hele roda, die wordt daarom ook meestal gespeeld door een leraar met het hoogste niveau of meeste ervaring. De Gunga begint en eindigt de roda en bepaald welke ritme er wordt gespeeld.
Hieronder bespreken we de verschillende ritmes die de berimbau kan spelen.
Angola
Angola wordt gezien als de traditionele vorm van capoeira. Het ritme is meestal wat langzamer en wordt gekarakteriseerd door een korte pauze in de muziek. Deze pauze is dan ook terug te zien in het spel dat gespeeld wordt. Het spel is strategisch en de speler proberen op een sluwe manier de ander te slim af te zijn.
São bento grande de angola
São bento grande de angola is een style van angola waarbij de muziek gecontinueerd wordt en vaak iets snelle gespeeld wordt. Het spel wordt vloeiender gespeeld en er is meer ruimte voor floreios. Dit ritme wordt vaak gebruikt aan het eind van trainingen zodat alle capoeiristas samen kunnen oefenen.
São bento grande da Regional
São Bento grande da Regional wordt gezien als de nieuwe vorm van Mestre Bimba. Hij heeft hierbij een specifiek ritme gecreëerd die sneller wordt gespeeld. De focus van Ragional is het gevecht. Hierbij wordt minder acrobatiek gebruikt en gaan de spelers er voor om de tegenstander op de grond te krijgen. Beginners spelen doorgaans geen regional.
Benguela
Benguela is een ritme met een gemiddeld tempo, een spel waarbij capoeiristas elkaar testen, dicht op elkaar spelen en complexere, complexere bewegingscombinaties ontwikkelen. Capoeiristas die op dit ritme spelen, concentreren zich op hun swing en sierlijke maar snelle reflexen. Ze komen dichtbij om takedowns te markeren en nemen afstand voor sierlijkheid, allemaal met gemak en vloeiendheid.
Iúna
De naam Iúna komt van een vogel. Het spel is sneller en is gefocust op acrobatiek en vloeiendheid. De spelers geven elkaar de ruimte voor acrobatiek maar moeten er voor zorgen dat het spel wel bij elkaar blijft. Iúna wordt meestal bij capoeira evenementen als demonstratie gedaan en wordt alleen gespeeld door de leraren.